Kroatië, sprookje van 1001 eilanden

Meer dan duizend eilanden, zesduizend kilometer kustlijn, mediterrane stadjes en haventjes… Voeg daar die azuurblauwe zee aan toe, en je kunt de lokzang van de eilandsirenen niet meer weerstaan! Haal de zeeschuimer in je boven, gooi de trossen los en start die camper. Als je in Kroatië van eiland naar eiland trekt, waan je je in een tot leven gewekte postkaart.

Dag 1,2 en 3

Middeleeuwen en mediterrane sfeer op het eiland Krk

De route

Kroatië is ver rijden, is het idee dat leeft in het hoofd van de meeste mensen. Terwijl het even ver is als pakweg Barcelona. De rit erheen loopt door Duitsland, over Munchen, naar Oostenrijk. Vanuit Oostenrijk kun je kiezen om via Italië en Triëste te rijden, of over Ljubljana, helemaal door Slovenië. Een tip: hou het verkeer en de files in het oog! Kroaten grappen niet voor niks dat ze het succes van hun zomerseizoen aflezen aan de lengte van de files aan hun tolhuizen.

Wij kozen voor de Sloveense route. Voorbij Munchen neem je de A8 richting Oostenrijk, Salzburg. Vervolgens de A10 op, waar wij een korte overnachting inlassen iets voorbij Flachau, op het tankstation Flachau Tauernalm. Voor de Tauerntunnel en de Katschbergtunnel betaal je direct tol bij de tolstations. Het tolbedrag voor ons was 11,5 euro. Na 180 kilometer op de A10 neem je de afslag richting de A11, die je verder volgt langs een wondermooie weg door bergen en valleien. Zo rij je Slovenië binnen. Zowel in Slovenië als in Oostenrijk heb je een tolvignet nodig. De A11 wordt in Slovenië de A2 die je naar Ljubljana leidt. Vervolgens neem je de A1 tot net na Postojna loodrecht naar beneden tot de A7 naar het Kroatische grensplaatsje Rupa. Deze snelweg is in Slovenië nog niet volledig voltooid, er staan dus ook kleinere baantjes op het programma. De beloning komt op het einde van de A7, met het zicht op de baai van Bakar, waarna de A7 bij Križišče eindigt met de afslag naar het eiland Krk.

 

Mooi!

Zeebenen blijken niet nodig. Het gouden eiland van Kroatië, met de onuitspreekbare naam Krk, is sinds 1980 verbonden met het vasteland door een anderhalve kilometer lange tolbrug. Je betaalt alleen als je naar het eiland rijdt, het eiland af rijden is gratis. Voor een camper betaal je 46 kuna (zo’n 6 euro).

We zijn niet de enigen die dit eiland bezoeken met de camper: de hele kuststrook van de camping wordt afgezoomd door zandkastelen op wielen. Gescheiden van de zonnekloppers door een promenade, maar voor de rest heb je een prima zicht op de dichte mensenmassa op het strand. De toch niet zo goedkope plaatsen verzekeren je niet van een eigen plekje voor je handdoek op de witte kiezels. En de dagjesdieven zijn er vroeg bij om hun plekje te veroveren. Het voelt als all-inclusive zonnebaden op een camping.

Maar de promenade tussen de camping en het strand biedt nog een andere mogelijkheid: richting Krk-stad wandelen. Deze ommuurde vestingstad heeft haar middeleeuwse structuur en sfeer behouden. Ook hier is het ’s zomers in sommige straten vrij druk, maar het blijft een gezellige drukte die nooit stoort bij het slenteren. Je haasten hoeft hier niet: deze toeristische trekpleister heeft het tempo van een mediterraan vissersdorp opgeslorpt, met in haar buik een lange geschiedenis. De eerste sporen dateren van voor de oudheid: Romeinen en Grieken lieten hier hun stempel na. Ga op wandel door de middeleeuwse stad met haar nauwe steegjes. Vooral de dertiende-eeuwse kathedraal van Maria-Hemelvaart en de aanpalende Quirinuskerk – een romaanse kerk met twee verdiepingen gewijd aan Quirinus van Siscia, de beschermheilige van de stad – zijn een bezoek waard. Al konden wij zelf niet bij Quirinus langsgaan: bordjes aan de deur vertelden ons dat God geprezen werd en bezoekers even niet welkom waren. Dan maar van de clerus naar de adel: recht tegenover de kerk staat het kasteel van de graven van Frankopan. In de middeleeuwen zwaaiden de Frankopans de scepter in Krk. Hun burcht wordt tegenwoordig gebruikt voor openluchtvoorstellingen. Je kunt ze ook bezoeken (voor drie euro) en op de kantelen wandelen, die zijn gebouwd op de kliffen van de Adriatische Zee.

Wie liever zijn innerlijke mens versterkt dan met oude stenen te dwepen, kan de vermoeide zeebenen onder verschillende tafels schuiven. Een paar restaurants bevinden zich net buiten de haven, het toeristische centrum van Krk. Ook in de haven zelf zijn er een aantal restaurants. We kiezen lukraak voor Konoba Corsaro. Met de schrik om het hart voor de tourist trap gaan we zitten op het terras dat op de haven uitkijkt, maar er is geen val: voor een normaal bedrag kun je hier goed eten. Er staan typische gerechten zoals gegrilde inktvis en sardienen op de kaart. Vriendelijke en snelle bediening: het toeristische seizoen draait op volle toeren en dan moet er omzet gemaakt worden. Wie zich weleens een bedotte toerist wil voelen, kan van zijn restaurantstoel zo inschepen in een semi-submarine. Je vaart er een klein toertje mee door de ondiepe zee. Leuk is het wel, leerrijk niet.

Vanuit Krk kun je mooie wandelingen maken naar vissersdorpen in de buurt. Wie olijven boven vis verkiest, kan richting Kornić gaan: de wandeling van drie uur brengt je door de olijfgaarden naar Kornić en terug. Wandelkaarten zijn verkrijgbaar bij het lokale toeristenbureau. Het eiland biedt trouwens voor iedere fervente wandelaar en fietser best wat bewegwijzerde uitdagingen. Het grijswitte, bergachtige, kale zuidoosten met zijn koude bora-wind doet je puffend over je fietsstuur of wandelstok hangen. Het groene noordwesten met bossen en akkers laat je stilstaan bij de unieke flora.

Het op een na grootste eiland van de Adriatische Zee heeft meerdere campings in deze prachtige natuur, ook de obligatoire naturistencamping. Maar we zijn hier om te eilandhoppen, niet om naar grillend vlees te staren. Hop naar onze eerste ferry dus. Of zoals Tito het zei: ‘Wanneer je naar de golven verlangt, is de enige lotion de oceaan.’

 

Halte voor de nacht

Wildkamperen, ook met een motorhome, is verboden in Kroatië. Dus moet je een camping zoeken. Kroatië is een kampeerland, al zijn de meeste Kroatische campings zijn groot, zeer groot: een gevolg van het communisme, toen vakantie in Kroatië zowel voor binnen- als buitenlanders werd gepromoot. Er zijn dan ook kampeerplaatsen genoeg op Krk. Laat je niet misleiden: campings heten hier ‘Autocamp’, maar dat betekent niet dat ze zich alleen richten op auto's of campers. Veel campings bieden weekformules of formules voor meerdere dagen aan, waar niet wordt van afgeweken. De meeste campings zijn zeer modern en up-to-date… en hun prijzen helaas ook. Goedkoop kun je kamperen in Kroatië niet meer noemen, betaalbaar wel.

Onze eerste stop op dit overwegend groene eiland is ‘Camping Ježevac’ of ‘Autocamp Ježevac’, een topcamping met de nodige luxe, vlak naast de historische stad van Krk. Het is dus de ideale uitvalbasis om de stad en het eiland te verkennen. Te voet ben je in tien minuten in het toeristische hart van Krk-stad. De camping heeft een strand van achthonderd meter, en camping én strand zijn beiden zeer net.

Autocamp Ježevac (otok Krk)

www.camping.hr (klik op campsites, en dan op Ježevac)

312 standplaatsen

+385 98 325 328

HR-51500 Krk, Plavnička 37

  • Richtprijs voor een standaardplaats: € 27 per dag (hoogseizoen)
  • Richtprijs voor een luxeplaats ‘Premium mare’: € 42,40 per dag
  • Bijkomende tarief per volwassene per dag: € 10,60

Dag 3, 4, 5

Magische oversteek naar Cres en Lošinj

De route

De ferryhaven van Krk bevindt zich in het plaatsje Valbiska. De rit van twintig minuten vanuit Camping Ježevac laat je genieten van de bossen, akkers en een paar kleinere dorpen zoals Vrh. De haven is heel duidelijk aangeduid. Bij het verlaten van de ferry rij je vanaf Merag naar het zuiden, richting Osor en Lošinj. Reken minstens op een uur en een kwartier rijden voor deze zeventig kilometer, want de wegen zijn hier smal en inhalen is moeilijk. Maak onderweg een paar stops om te genieten van het landschap en de Middellandse Zee.

Mooi!

Toegegeven, het is spannend, zo’n eerste maal op een ferry. Zeker als je met een groter campermodel rijdt en het ding nog niet gewoon bent. Panikeren hoeft niet. De beste stuurlui staan aan wal en dat blijkt bij het inschepen op de ferry ook zo te zijn. Grotere campers schuiven apart aan en worden professioneel tot op de boot geleid. Er is geen enkel verschil met de camper even parkeren. Daarna komt het mooiste stuk: bestel een koffie, leun achterover en geniet van de Adriatische Zee en haar eilanden. De oversteek naar het eiland Cres is magisch. Met veel geluk zie je dolfijnen. Die waren er bij ons niet, maar dat bedierf de schoonheid van ons halfuur cruise niet!

Landen op vaste grond gebeurt even professioneel. We rijden meteen door naar het volgende eiland, Lošinj. Rijden, niet varen, want de twee eilanden zijn verbonden door een kleine brug. Goed opletten is de boodschap, want dit wordt de eerste keer dat je van een eiland naar een ander rijdt zonder het te beseffen. De ‘zee’ tussen de eilanden, het Kanaal van Osor, lijkt een uit de kluiten gewassen beek. Gegraven door de Romeinen. Zo hadden ze meteen twee eilanden, waar Cres en Lošinj er vroeger samen één waren.

Op naar Camping Cikat. Zoals gezegd zijn campings hier groot, hier kan zo’n vierduizend man gelegerd worden. Dat is als het ware een groot Kroatisch dorp. De kustlijn is ook hier een aaneenschakeling van confraters, wonend op hun rijwielen. 

Eilandbewoners hebben blijkbaar een apart gevoel voor humor. Na de verwarring tussen Krk-stad en Krk-eiland stichten ze hier pas echt chaos in de hoofden van brave toeristen: Mali Lošinj, wat ‘kleine stad’ betekent, is de grootste stad van het eiland; Veli Lošinj betekent dan weer net het omgekeerde, maar is een dorp met stadsallures. Veli Lošinj ligt in een prachtige baai. De zeevaarders, en dan vooral hun kapiteins, brachten in de voorbije eeuwen de nodige rijkdom naar dit helblauwe paradijs. De villa’s en huizen rond de haven weerspiegelen dit verleden in hun gevels en tuinen. ’s Avonds kun je hier rondwandelen en aanschuiven voor een mixed sea grill of een frisse salade. Van op de terrasjes aanschouw je hoe de lokale jeugd van een rots het azuurblauwe water in duikt, en hoe uitvarende bootjes met hun krachtige lampen de zee laten spiegelen. Het is als vertoeven in een postkaart. Hier vind je ook tussen de stroom toeristen de charme van een mediterraan vissersdorp terug.

Rene Wouters, een Belgische amateurduiker, deed hier de ontdekking van zijn leven: hij vond hier in 1999 bij toeval een tweeduizend jaar oud, Grieks beeld van Apoxyomenos op de zeebodem. Mali Lošinj maakte er zowaar zijn belangrijkste attractie van, en terecht. Het museum waar de jonge bronzen atleet staat, brengt enige koelte in de zinderende hitte. Het museum is klein, maar mooi gemaakt: ideaal voor wie met kinderen op stap is en aan cultuur wil doen zonder te overdrijven. Een wandeling tussen de beide Lošinj duurt een uurtje of langer, naargelang de route die je neemt. De wandelpaden variëren van rustige, goed onderhouden paden langs de zee tot ruige bergpaden in het binnenland. Wij kozen voor de romantische versie en konden de zon al wandelend zien zakken in de zee. Lošinj werd in 1892 uitgeroepen tot klimatologisch kuuroord, onder meer vanwege de duizenddriehonderd planten- en diersoorten van het eiland.

Als je niets te vermoeiends wil doen, zijn de aromatische tuinen van Lošinj een idee. Sandra is een gezond gekke lokale dame die samen met haar zwartbruine schaap en ezel Drogan rond haar huis een botanisch mini-eiland heeft aangelegd. Veel van de bloemen en planten die op het eiland in het wild groeien, vind je hier terug, waaronder bekende spaghetti- en pizza-ingrediënten. Denk daarbij aan tijm, oregano en andere kruiden, maar dan in hun wilde variant. Het afscheid is ook wat wilder, want naar huis gaan zonder haar zelfgestookte zoete likeur te proeven is onmogelijk. We laten Drogan, het zwarte schaap en hun beste vriendin achter ons. De zee roept.

Halte voor de nacht

Wij verblijven op Camping Cikat, die je gerust een mastodont mag noemen. Er is een groot en mooi onderhouden waterpark met glijbanen, reuze-emmers waaruit water naar beneden kletst en ander druk waterplezier. Ook wie rustig een baantje wil trekken, vindt hier zijn gading. Wandelen langs de dijk van de camping is een favoriete tijdsbesteding bij valavond. Het is ook het moment om te dromen van die nieuwe camper: allerlei bewoonde modellen staan opgesteld langs de promenade.

 

Kamp Cikat (otok Lošinj)

www.camping.hr/campsites/cikat 

+385 98 968 8470

HR-51550 Mali Lošinj, Cikat 6a

  • Eenvoudigste standplaats: € 9,50 (hoogseizoen): zonder water en elektriciteit, geen eigen afgebakend plekje
  • Beste standplaats: superior camping eenheid voor 4 p.: € 82 per nacht (excl. taksen)
  • Bijkomende tarief per persoon per nacht: € 12,90 (hoogseizoen)

Dag 6,7 en 8

Rab, eiland van geluk en lekkers

De route

Om van Cres naar Rab te rijden moet je vanuit Merag, de haven van Cres, terug naar Valbiska op Krk. Vanuit Valbiska neem je vervolgens de overzet naar Lopar in Rab. Vertrek mooi op tijd in Cres of Lošinj, want er staat dikwijls veel volk aan te schuiven op de lange, smalle weg naar de ferry. Het principe is ‘Wie eerst komt, eerst vaart’. Te laat vertrekken en lang aanschuiven betekent misschien je volgende ferry missen. Vertrekkend vanuit de Camping Cikat volg je dus de omgekeerde route van een aantal dagen geleden. Reken bij de rit van vijfenzeventig minuten een uur of zelfs twee uur extra om op tijd te zijn voor je ferry. De overtocht van Valbiska naar Lopar duurt zo'n tachtig minuten. Alweer tachtig minuten genieten van nietsdoen en de schoonheid van Neptunus' speeltuin.

Mooi!

‘Het eiland van geluk’ noemen de inwoners Rab. Niet moeilijk als je een taart hebt die naar je eiland is genoemd. En wat voor een! Het geheime recept uit 1177 werd voor het eerst uitgeprobeerd op paus Alexander III, toen die de kathedraal van Maria Tenhemelopname kwam inzegenen. Wat er juist in gaat, vertelt men niet – niet aan de paus en al zeker niet aan een journalist. Ik kan je alleen maar bevestigen dat ze hemels smaakt.

De belangrijkste stad op Rab heet… Rab, wat dacht je dan. Naast het huis van de taart heeft de stad nog meer lekkers te bieden. Dankzij de middeleeuwse structuur is het er aangenaam zoeken naar wat verkoeling in de nauwe straten. Op het hoogste punt staat de toren van Sint-Christoffel, een prima beginpunt om de stad en het eiland te verkennen. Op het bovenste terras van de toren heb je een prachtig uitzicht op de oude stad, het eiland en de Middellandse Zee. Met wat geluk zie je onder je de nonnen in hun moestuin werken.

De haven van Rab is het toeristische centrum van de stad. Je kunt je er vergapen aan de bootjes van plezier, waarop ook first daughter Ivanka Trump soms te spotten valt.

Maar presidentsdochters aanstaren is nooit mijn ding geweest, en op het strand liggen evenmin. Rab, en met uitbreiding de andere eilanden van Kroatië, doen me echter overstag gaan. Hier zijn de stranden van een schoonheid die me rust brengt. Wie zoekt, vindt verborgen baaien, eenzame stranden en helderblauw water. Deze verborgen plekjes zijn helaas moeilijk toegankelijk: vele zijn slechts bereikbaar met een bootje. Langs de weg is het heel wat moeilijker, zeker met een grote camper. En hou je van stranden met bars, bootjes en andere verwennerij voor de toerist? Geen angst, die zijn er ook in overvloed.  

Na een paar uurtjes op het strand wisselen we onze zeesletsen voor de wandelschoenen, want dit is een van de bosrijkste eilanden van de Adriatische Zee. Het eiland is slechts tweeëntwintig kilometer lang en elf kilometer breed, maar biedt honderd kilometer aan aangelegde wandelpaden. Je kunt vanuit de stad een mooie wandeling maken tot aan restaurant Kamenjak in Banjol, hetzelfde gehucht als de camping, maar dan hoog op de berg. Heen en terug gaat het om zo’n twaalf kilometer, en boven word je beloond met een schitterend uitzicht over het hele eiland.

Halte voor de nacht

Wij verblijven op Camping Padova. De inrichting en de bouwstijl van de camping verraden zijn communistische oorsprong, maar dat stoort niet. De drukte daarentegen stoort soms wel. De oplossing? Verlaat het drukke gedeelte en ga op zoek naar de rustigere plekjes en baaitjes die de rest van het eiland biedt. Een troef is de nabijheid van de stad: het is een leuke en mooie wandeling van ongeveer twee kilometer langs de zee tot in de stad. En je kunt altijd een boottaxi terug nemen in de kleine haven. De goedgemutste taxivaarders vervoeren je voor zo’n twee euro per volwassene.

 

Kamp Padova III

www.camping.hr/campsites/padova-iii

+385 99 815 6832

HR-51280 Rab, Banjol 496

  • Standplaats: € 18 à € 19 (hoogseizoen)
  • Bijkomende tarief per persoon per nacht: € 8,60 (hoogseizoen)

Eilandhoppen met de camper: waarom niet? En waarom wél?

Eilanden lijken geen voor de hand liggende bestemmingen voor campertoeristen. Het is moeilijk, duur en onhandig. Waarom zou je dit dan in godsnaam doen? Maar niet een van die tegenargumenten weegt op tegen de voordelen! Een aantal van de mooiste plekken in Europa zijn alleen met de ferry te bereiken: denk maar aan Groot-Brittanië, Corsica of Sicilië.

De oversteek is dikwijls een avontuur op zich. Niemand blijft onberoerd bij het zien van ‘The white cliffs of Dover’, of een ontmoeting met dolfijnen op de Middelandse Zee.

Bovendien worden de marshalls die bij de ferrymaatschappijen werken goed opgeleid en zijn ze het gewend om tientonners en ander zwaar rollend materiaal veilig naar de overkant te brengen. Een camper is voor hen klein bier. Al is het soms wringen en kan het even schrikken zijn, als die marshall je toch aanmaant om die een paar centimeters verder te rijden. In plaats van je hierover op te winden: glimlach en geniet van je vakantie. Een tip voor wie met meerdere personen reist: als alleen de bestuurder naar het wagendek rijdt en de medereizigers als voetgangerspassagiers aan boord gaan, hoeven zij zich niet uit de camper te wringen.

Eilandhoppen met de camper: wat kost dat?

De prijs is voor sommigen een breekpunt voor het boeken van een ticket. Maar heb je al eens gedacht aan de prijs van de péage? Langere tochten zijn in het hoogseizoen niet goedkoop, vooral als er geen concurrerende ferrymaatschapijen of tunnels zijn. Maar veel overzetboten proberen hun prijs laag te houden en bieden je een resem aan andere mogelijkheden om je zuurverdiende centen te spenderen, zoals taxfreeshops en restaurants. De prijs van een overzet wordt berekend op basis van de grootte van de wagen en het aantal personen. Logisch, plaats is kostbaar op een boot.

In Kroatië zijn de meeste ferry’s betaalbaar en goed onderhouden. In juli en augustus kan het soms druk zijn, zeker rond de traditionele zwarte zaterdagen. Ook op de vrijdag ervoor of zondag erna kan het extra druk zijn. Kom altijd een dertigtal minuten voor het afvaren naar de haven.

Voorbeeldprijzen voor een VW California met 4 personen, bij de Jadrolinija-maatschappij:

  • Krk, Valbiska-Cres, Merag: prijs: € 13,3. Boten om de twee uur.
  • Krk, Valbiska-Rab, Lopar: prijs: € 23. Twee boten per dag.

Praktische ferry-tips

  • Je camper aansluiten op elektriciteit is niet mogelijk: de koelkast moet dus op eigen kracht blijven draaien.
  • Overnachten of eten in de camper kan niet. De wagen blijft alleen achter en iedereen gaat aan dek.
  • Honden en andere huisdieren blijven wél in de camper achter.
  • Tickets kopen kan online.
  • Plaats reserveren kan niet: wie eerst in de haven toekomt, heeft de eerste plek.

www.jadrolinija.hr

5x meer Kroatische eilanden

Windsurf- en duikparadijs

Brac is een van de grootste eilanden en wat drukker, maar een bezoek meer dan waard. De pittoreske dorpen passen prachtig in het landschap. Bezoek ook zeker het bekende strand van Zlatni Rat, ook Gouden Hoorn genoemd: 500 meter kiezelstrand omgeven door een prachtig pijnbos. Weetje: het wereldberoemd witte kalksteen van Brac werd gebruikt om het Witte Huis te bouwen. Het eiland heeft meerdere ferryverbindingen met het vasteland en naburige eilanden.

De mooiste!

De schilderachtige Brioni-eilanden is een archipel van veertien eilanden, twee grote – Veli Brijun en Mali Brijun – en een dozijn kleinere. Nationaal Park Brijuni beslaat de hele archipel en is een populaire vakantiebestemming vanwege het zachte klimaat, de rustige omgeving en de spectaculaire schoonheid. Veel toeristen vinden dit de mooiste eilanden van Kroatië. Cultuurliefhebbers zullen de overblijfselen uit de Romeinse oudheid (baai van Verige), de Byzantijnse kastelen en de St.-Mary-basiliek waarderen. De archipel is te bereiken met de ferry vanaf de haven van Fazana, bij Pula.

Het bekendste eiland

Hvar is een geliefde bestemming van de jetset, maar er is veel meer dan designhotels en cocktailbars. Ga bijvoorbeeld zeekajakken rond de Pakleni-eilanden of maak een wandeling door de geurige lavendelvelden. De stad Hvar was een belangrijke havenplaats in het Venetiaanse rijk, wat goed te zien is aan de barokke kerken en glimmende plavuizen. Er zijn ferry’s vanaf Split naar Stari Grad op Hvar of van Drvenik naar Sućuraj op Hvar.

Voor groene zielen

Mljet, wat honingeiland betekent, is even prachtig als de naam belooft. De kust, de vele planten en bloemen, en het bosrijke zuiden zijn de hoofdredenen waarom mensen Mljet zo mooi vinden. In het Nationaal Park Mljet is de vegetatie zo rijk dat Mljet ook het groene eiland wordt genoemd. Behalve van zon en zee kun je dus genieten van veel natuur en naar de top van de Montokuc wandelen, waarvan je een schitterend zicht hebt op het hele eiland. De twee zoutmeren zijn omgeven door naaldbossen, volgens velen de mooiste bossen van het Middellandse Zeegebied. Naast het hoofdeiland is er het kleinere St. Maria, met een abdij en kerk uit de twaalfde eeuw. Mljet is bereikbaar met de ferry vanaf Dubrovnik, of je kunt een dagexcursie maken.

Voor cultuurliefhebbers

Korcula, de vermeende geboorteplaats van Marco Polo, is erg in trek bij cultuurliefhebbers. Het huis waar hij geboren zou zijn, trekt vele bezoekers. Op dit groene eiland vind je prachtige stranden, vele musea en oude monumenten, maar het staat ook bekend om zijn lokale tradities, zoals de Moreska Zwaarddans. Korcula is bereikbaar met de ferry vanaf Dubrovnik.

Gepubliceerd op donderdag, februari 11, 2021 door Thomas De Boever

Delen