Met de kano door Nederland

10 minuten leestijd

In Nederland kan je heerlijk kanovaren. Als het weer een beetje meezit tenminste, de wind niet te fel waait en je niet om de vijf minuten in de graskant zit. Voor Pasar-reporter Lien Lammar werd het een vrolijk kanoweekend met vrolijke vriendinnen.

reportage
  • Uitstappen en vakanties

Het waterrijk Nederland is een uniek peddelaarsparadijs. Dat zijn niet mijn woorden, maar die van Jolanda Linschooten en Frank van Zwol, twee Nederlandse beroepsavonturiers met een grote liefde voor kanovaren. Samen maken ze fantastische tochten op het water, van bulderende bergbeken in Scandinavië tot kabbelende poldersloten in hun thuisland. De mooiste kanotochten van Nederland bundelden ze in een boek, waarmee ze andere waterliefhebbers willen inspireren om eropuit te trekken.
Want wie denkt dat kanovaren enkel boeiend is in de ongetemde wildernis van het Hoge Noorden, heeft het mis. In Nederland heb je verrassend veel mogelijkheden om van het water te genieten, zowel voor beginnende als meer ervaren kanovaarders. Door stille bossen, op oude grachten of over kleine meren: plekken genoeg om al peddelend te ontdekken.

Over het water naar Monnickendam

Ik trommel wat sportieve vriendinnen op en vraag of ze zin hebben om mee te gaan kanovaren bij onze noorderburen. Dat hebben ze, en enkele weken later zitten we samen in de auto op weg naar Waterland. Deze streek ten noorden van Amsterdam is een lappendeken van groene weides, smalle slootjes, kreken en meren.

Het ‘echte’ Holland, met schilderachtige dorpjes zoals je op postkaarten en theekopjes in souvenirwinkels ziet. Zoals Monnickendam bijvoorbeeld, het vertrekpunt voor onze dagtocht. Rond het jaar 1400 was Monnickendam een belangrijke havenstad, tot Amsterdam de grote schepen naar zich toe lokte. De scheepswerven en visrokerijen zijn verdwenen, maar de jachthaven, straatnamen en gevelstenen herinneren nog steeds aan dat roemrijke verleden. Het stadje ligt er zo vredig en tijdloos bij dat je bijna niet gelooft dat Amsterdam slechts twintig minuutjes rijden is.

We hadden graag wat technische uitleg gekregen van onze gids, maar die gaat er als een speer op het water vandoor.

In het Weeshuis, een prachtig zestiende-eeuws pand waarin een koffiehuis en houtatelier gevestigd zijn, liggen enkele felgroene kano’s op ons te wachten. We gaan op kanosafari! Zo heet de dagtocht die Experience Waterland door het landschap van riet en veen organiseert. De zon schijnt niet volop en de lucht is niet hemelsblauw, maar wij zijn enthousiast en springen met zonnebril en korte broek onze kano in.

We hadden graag wat technische uitleg gekregen van onze gids, maar die gaat er als een speer op het water vandoor. Eén vriendin met kano-ervaring legt snel uit dat je niet enkel met één arm aan je peddel moet trekken, maar tegelijkertijd met je andere arm moet duwen. Een techniek die je sneller doet peddelen én je armspieren minder uitput. Ook je benen zijn belangrijk om kracht te kunnen zetten. De mijne zijn al bijna helemaal nat wanneer we gids Otto na tien minuten bijgebeend hebben. Spetter-loos peddelen is niet zo simpel als het lijkt.

Strijd tegen het water

Over de grachten van de oude binnenstad varen we de omringende weilanden in. We zien wolken aan de lucht, kerktorens aan de horizon en houten huizen langs het water. In elk achtertuintje zie je wel een omgedraaide kano liggen. Iedereen die hier woont, glijdt in z’n vrije tijd graag het water in. Je zou gek zijn mocht je het niet doen. De omgeving is prachtig, de kreekjes talrijk en de risico’s bijzonder klein. Veel watervallen of stroomversnellingen zal je in dit platte stukje Holland niet tegenkomen.
Gelukkig maar, want de twee vriendinnen die zichzelf tot ‘team Pocahontas’ hebben gedoopt, blijken toch wat moeite te hebben met het besturen van hun kano. Willen ze naar links, draait hun kano naar rechts. Glijden wij flink vooruit op het water, steken zij weer eens vast in het riet. Daar vliegen de futen en eenden verbaasd in de lucht, opgeschrikt door het gelach en gegil van team Pocahontas. Otto schudt in gedachten zijn hoofd. Onhandige stadmussen, zie je hem bijna denken. Geen gevoel voor vaartuigen. We kunnen hem geen ongelijk geven.
Waterlanders nemen de boot zoals wij de fiets nemen. Het water maakt deel uit van hun leven, maar niet altijd als lieflijk gezelschap. Al eeuwenlang voeren boeren en bewoners hier een strijd tegen het water, een gevecht dat ze niet altijd wonnen. In 1916 brak tijdens een zware stormvloed de Zuiderzeedijk op verschillende plaatsen, waardoor tal van dorpen onder water kwamen te staan. Koeien, huizen en een twintigtal mensen verdwenen in de golven. Sindsdien is het gebied rond wat vandaag het IJsselmeer is veiliger gemaakt, maar voor de vele boeren hier blijft het hard werken op het drassige, natte land.

Lunchen op het stro

Ooster Ae, Kerk Ae, Uitdammer Die: Waterland ligt vol ‘aeën’ en ‘dieën’, Oudnederlands voor ‘rivieren en meren’. We glijden langs Zuiderwoude, het oudste dorp van Waterland, en proberen vanuit ons bootje binnen te piepen in de pittoreske huisjes langs de waterkant. Kanovaren gaat traag, zeker in ons geval, maar dat is niet erg. We houden wel van slow. En van theepauzes, zoals we er eentje nemen bij theetuin ’t Einde aan de rand van Zuiderwoude. Je stapt er van je kano recht de tuin in, waar je een prachtig uitzicht hebt over de weilanden. De zon doet haar best, maar we zijn toch blij met onze extra trui.

Niet veel later leggen we onze kano opnieuw aan, voor de lunch deze keer. Op een stukje akker langs de Zwaksloot staat een picknickmand vol lekkers op ons te wachten. We zitten op strobalen - dat prikt aan de billen - eten heerlijke broodjes en drinken verse melk. Met nieuwe energie springen we terug in onze kano richting Holysloot, een ietwat afgelegen dorpje dat eigenlijk maar uit één lange straat bestaat. Aan de ene kant glinstert in de verte de skyline van Amsterdam, aan de andere kant de Holysloter Die, een langgerekte kreek waar in de zomer een veerpont vaart voor fietsers en voetgangers.
Even trekken aan de bel en de schipper komt zijn huis uit om je naar de overkant te brengen. Denk de auto’s even weg en je stapt honderd jaar terug in de tijd. Tussen het metershoge riet varen we verder, of beter, terug richting Zuiderwoude. Op het Kerk Ae, een groot meer, komen we recht in de wind. We peddelen hard, maar gaan slechts traag vooruit. De kano van Otto is een stipje in de verte terwijl wij als moedige maar uitgeputte Pocahontassen vechten tegen de wind. Onze armen beginnen moe te worden, de eerste krampen laten zich voelen. Dat heb je na een paar uur varen zonder over de juiste techniek te beschikken.

Lekkers uit de rookoven

Na flink wat geploeter en gepeddel komen we in de late namiddag terug in de grachten van Monnickendam. We zijn blij, want hoe mooi het decor ook is, we hebben het wel eventjes gehad met onze kano. Nadat we aan de aanlegsteiger van het Weeshuis de zonnebril van vriendin Loes weer van de bodem hebben kunnen vissen – er moest toch íets overboord vallen – rijden we terug richting hoeve Meerzicht, de boerderij waar we logeren. Onderweg warmen we onze koude benen op en proberen we te voorspellen hoe stijf we morgen zullen zijn.

Waterland stond eeuwen geleden bekend om zijn visrokerijen, en Apostolis wil die traditie niet vergeten.

Na een deugddoende douche en een aperitiefje op een terras in Monnickendam worden we verwacht in Uitdam, waar de Nederlander Apostolis Noutsis zijn eigen rokerij heeft. Waterland stond eeuwen geleden bekend om zijn visrokerijen, en Apostolis wil die traditie niet vergeten. Op een idyllische plek aan het Uitdammer Die, een grote kreek, ontvangt hij hongerige gasten in een kleine open schuur. We proeven gerookte garnalen en oesters uit zijn zelfgemaakte houten rookoven, zalm gebrand naast het kampvuur, gegrilde Franse haantjes en blauwe bessentaart als afsluiter.

De dreigende wolken van overdag zijn weg, en we worden stil bij het zien van de rode, ondergaande zon. Een foto van onze eetlocatie op Facebook oogst in een recordtempo tientallen likes en veel ooh’s en aah’s. Iedereen wil weten waar we zitten en waarom het daar zo sprookjesachtig mooi is.

Van de regen in de drop

Zo warm als de zonsondergang in Uitdam was, zo slecht ziet het er de volgende ochtend uit. Van het weidse uitzicht dat we gisterenavond vanuit onze kamer hadden, is weinig meer te zien. In plaats daarvan kijken we op een muur van regen en mist. Maar we zijn optimistisch, dus we trekken onze kanokleren opnieuw aan en schuiven aan tafel voor een stevig ontbijt met kaas, peperkoek en eieren.

We vergeten onze stijve armen en pijnlijke schouders en zeggen dapper dat we straks terug in die kano zullen stappen, regen of niet. Een moedige uitspraak die we snel laten - euh - varen wanneer we bij de kanoverhuur aan Theetuin Overleek toekomen. Het regen dat het giet. Kuikens en katten zoeken een plek om te schuilen. Zelfs de waterkippen vinden het geen weer om buiten te komen.

Gelukkig is De Theetuin het perfecte troostoord, waar je warme chocolademelk en thee kan drinken, en lekkere huisgemaakte taarten kan eten. Omdat we dat geen hele dag kunnen doen én omdat zelfs de man van de kanoverhuur zijn hutje gesloten heeft, besluiten we om als echte toeristen Marken te bezoeken. Marken is klein dorpje op een klein eiland, dat pas sinds 1957 door een dijk met het vasteland is verbonden. Er is een klompenmakerij, een klein museum en een ‘kijkhuisje’, waar je een typisch Marker interieur kan bekijken.

 

Holland is leuk, maar net als bij ons kan je dik pech hebben met het weer.

Wij dus op naar Marken, maar ook dat bleek niet ons beste idee ooit. Het regent zo hard dat we na enkele meters wandelen op de parking - Marken is helemaal autovrij - nat zijn tot op onze onderbroek. Gelukkig hebben we droge kleren in de auto, en vinden we onszelf vooral heel erg grappig. Bij zomers weer is Marken ongetwijfeld een charmant stadje, met zijn groene houten huisjes en witte vuurtorentje, maar in de regen ligt het er toch wat troosteloos bij.

Terug naar de Theetuin dan maar, waar we opwarmen bij gemberthee en desembrood met warme geitenkaas. Holland is leuk, maar net als bij ons kan je dik pech hebben met het weer. Laat het je humeur vooral niet verknallen. Wij komen alleszins nog eens terug, voor een etentje bij avondzon in Uitdam en een portie kanovaren over slootjes. Mét getrainde armspieren en betere stuurvaardigheden, dat spreekt.

 

Tekst Lien Lammar – Foto’s Siska Vandecasteele

Dit artikel is verschenen in het zomernummer (juli - augustus) van 2017.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer