Drie vragen aan Kristof Lataire, projectleider Toerisme Vlaanderen

Twee jaar geleden startte Toerisme Vlaanderen het project Reizen naar Morgen op. De nood aan een andere toekomst voor het toerisme drong zich op en er werden luisteronderzoeken, denktanks, werkgroepen en experimenten opgezet om uit te zoeken wat de nieuwe visie op toerisme moest worden. De principes zijn duidelijk, nu is het zaak ze in praktijk te brengen.

1.      Hoe ziet de toekomst van ons toerisme eruit?

‘We hebben in Vlaanderen bijzondere plekken met een verhaal, plaatsen waar je de bezieling voelt van de mensen die ze gemaakt hebben, er wonen of werken. Die passie willen we verbinden met de passie van een bezoeker die op zoek is naar meerwaarde en betekenis.’

2.      En wat bedoel je dan met meerwaarde?

‘Toerisme moet een meerwaarde hebben voor alle partijen, dus zowel voor de bewoners, de bezoekers, als de ondernemers. Pas dan kan een bestemming floreren. Als we denken aan duurzaam reizen, is het doel toerisme. Wij gaan nu een stap verder en spreken van transformerend toerisme: we zien toerisme als een van de middelen om zowel op ecologisch als op sociologisch vlak meerwaarde te creëren.’

3.      Wat is de invloed van COVID-19 op dat toekomstbeeld?

‘De afgelopen maanden hebben we massaal onze eigen buurt bezocht en er betekenis gevonden. Het belang van connecteren is zo nog duidelijker geworden. De situatie spoort ons aan om versneld vooruit te gaan en volop te kiezen voor beter in plaats van meer reizen.’

www.reizennaarmorgen.be – Het boek Reizen naar morgen is uitgegeven bij Davidsfonds en kost € 29,99.