4 vragen aan… Peter Schrijvers, curator van Liberation Garden

De Westhoek kennen we allemaal, maar de Oosthoek? Die kan je nu ook leren kennen. Rond Leopoldsburg liggen de graven van 100.000 gesneuvelden uit een dozijn landen. Om uit te leggen waarom hier zoveel mensen het leven lieten, opende in mei het museum Liberation Garden. Peter Schrijvers doceerde (oorlogs)geschiedenis aan verschillende binnen- en buitenlandse universiteiten, schreef verschillende boeken over de Tweede Wereldoorlog, en is nu dus ook curator van een museum over ’40-’45.

Waarom hebben jullie gekozen voor de naam Liberation Garden?

‘Het is een samentrekking van ‘liberation’, wat bevrijding betekent, en ‘garden’ wat hier twee betekenissen heeft. Enerzijds verwijst het naar Operatie Market Garden, het grote offensief dat vanuit onze streek richting Arnhem ging. Anderzijds staat het voor het groene toerisme hier in de buurt. Het museum heeft zelf ook een grote tuin en die sluit aan bij het Koninklijk Park. In de naam ligt dus wel de nadruk op de bevrijding, maar het museum gaat over de hele periode tussen mei ’40 en mei ’45. Leopoldsburg is een garnizoensstad die haar bestaan te danken heeft aan het militaire kamp. Tijdens de bezetting oefenden hier tienduizenden Duitse soldaten, terwijl er tegelijkertijd duizenden gevangenen opgesloten zaten.’

In hoeverre verschillen jullie van andere musea over de Tweede Wereldoorlog?

‘We richten ons niet alleen op specialisten, maar we willen ook toeristen die bijvoorbeeld in de buurt komen fietsen een stukje geschiedenis bijbrengen. Daarnaast willen we jongeren bereiken en daarom hebben we ervoor gekozen om er een belevingsmuseum van te maken. We tonen ook traditionele objecten, maar niet zoveel. We werken vooral heel multimediaal en interactief. Zo kan je een 3D-film bekijken, of dankzij een VR-bril zelf een Canadese spitfirepiloot worden.’

Wat is voor jou persoonlijk het meest bijzondere object of verhaal in het museum?

‘Doorheen het museum zijn er acht personages die geprojecteerd worden en hun hand uitsteken naar de bezoeker. Je hoort en ziet dus bijvoorbeeld een Amerikaanse chirurg of een Nederlandse verpleegster. Mijn lievelingsfiguur is Renée Dardenne, een jonge verzetsvrouw die iets dramatisch meemaakte met haar vader. Wat dat precies is, moet je maar komen ontdekken. Zij is de heldin van het museum en een van de vele gewone mensen in buitengewone omstandigheden die je kan ontmoeten in het museum.”

Heb je tips voor wie een bezoek aan het museum wil combineren met iets anders in de buurt?

‘Voor het museum moet je zo’n 2 à 2,5 uur uittrekken. Daarna kan je aan de overkant van de straat een Belgische en een Commonwealth begraafplaats bezoeken. Fiets dan 12 kilometer naar Lommel voor de Poolse begraafplaats, en ga zeker ook naar de Duitse begraafplaats. Hier liggen 40.000 soldaten begraven en daarmee is het de grootste van West-Europa. Binnenkort zal je trouwens ook met een gids het Kamp van Beverlo kunnen bezoeken. Het is een actief militair kamp en dus levende geschiedenis.’

• liberationgarden.be