Als kind bleef ik elke zomer lang op mijn honger. We trokken pas midden augustus op vakantie, waardoor het duurde en duurde vooraleer mijn vakantiegevoel opborrelde. Kamperen vormde een prima antidotum voor dat eindeloze wachten. Ik trok mijn tent op in de tuin, maar wel, zo redeneerde ik, buiten het ouderlijk gezag.